Opruimen creëert rust

Deze zomer heb ik een week besteed aan het opruimen van mijn berging. Daar stond een te grote kast vol met spullen waarvan ik het bestaan niet meer wist. Gevolg was dat ik m’n fiets bijna niet meer kon neerzetten en dus minder snel pakte. Het werd dus hoog tijd voor verandering.

Maar omdat ik al had ingeschat dat ik grofvuil moest laten ophalen, materiaal moest aanschaffen en extra handen nodig had, kwam ik uit op een doordeweekse dag. Na een uur was de berging volledig leeg, en de inhoud gesplitst in ‘bewaren’, ‘wegdoen’ en ‘twijfel’.
Een extra plank, twee nieuwe opbergkasten en zeil op maat gesneden verder kon het inruimen beginnen. Het resultaat: een ruime nette berging waar ik met genoegen binnen stap.

Wat heeft dat nu met mijn werk te maken? Wanneer de drang om op te ruimen ontstaat heb je ergens behoefte om ook in je hoofd op te ruimen. Of andersom, als je opruimt ruim je ook in je hoofd op. Wat het gevolg van het ander is weet ik eigenlijk niet. De zomer, voor velen een periode van vakantie, langere dagen en minder werken, wordt nogal eens gebruikt om je te bezinnen. Op je werk, want zit je nog wel op de juiste plek, heb je er nog wel lol in en zijn gemaakte afspraken nagekomen en afgerond? Maar ook op je relatie. Het is opmerkelijk dat er na zomer- of kerstvakantie zoveel meer verzoeken tot echtscheiding worden ingediend. De zomer is natuurlijk ook bedoeld om op te laden. Net zolang totdat je weer zin hebt om aan de slag te gaan, alhoewel dat moment voor iedereen verschilt. Na een week had ik genoeg opgeruimd en ging ik met plezier weer aan het werk.